Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Artikel 95 Vervallen van de bevoegdheid tot het opleggen van een bestuurlijke boete
1
De bevoegdheid tot het opleggen van een bestuurlijke boete vervalt:
a
na verloop van twee jaren nadat de overtreding heeft plaatsgevonden, ingeval van overtreding van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 22, tweede lid, 22, vierde lid, in samenhang met 22, tweede lid, 71, eerste lid, 72, eerste tot en met derde lid, 73, eerste lid, 76, eerste lid, 77 en 115.
b
na verloop van vijf jaren nadat de overtreding heeft plaatsgevonden, ingeval van overtreding van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 18, 19, 20, 22, eerste lid, 22, vierde lid, in samenhang met 22, eerste lid, 40, derde lid, 64, achtste lid, 67, tweede lid, 74, tweede lid, 75, 78 tot en met 81 en 118.
2
Indien tegen de bestuurlijke boete bezwaar wordt gemaakt of beroep wordt ingesteld, wordt de vervaltermijn opgeschort tot onherroepelijk op het bezwaar of beroep is beslist.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.